’Het meisje met de hoofddoek‘ Settela Steinbach kijkt door de deuren van de wagon naar buiten.(Afbeelding: Herinneringscentrum Kamp Westerbork, 1944)
Vrijheidspad

5 – Anna Maria (Settela) Steinbach

Wanneer het transport in Westerbork klaarstaat voor vertrek, steekt het meisje voorzichtig haar hoofd tussen de deuren van de goederenwagon naar buiten. In opdracht van de kampcommandant maakt de Joodse gevangene Rudolf Breslauer die dag een film over het transport. De nieuws­gierigheid van het meisje wordt gewekt door de camera en Breslauer vangt haar blik op zijn film. “Ga bij die deur weg, straks komt je kop er nog tussen”, roept haar moeder en het meisje verdwijnt weer in de wagon. Niet veel later vertrekt de trein richting Polen.

5 – Anna Maria (Settela) Steinbach

Ga bij die deur weg, straks komt je kop er nog tussen

80 jaar vrijheid

Witte hoofddoek

De filmbeelden van Breslauer duiken op als de Tweede Wereldoorlog voorbij is. Het beeld van het Joodse meisje dat voorzichtig haar hoofd uit de trein steekt valt op. Zeven seconden lang zie je haar op de beelden naar buiten turen. Ze is jong, draagt een witte hoofddoek, maar haar naam weet niemand. Haar portret wordt vele malen gebruikt en door de jaren heen krijgt ze de titel: “Het meisje met de hoofddoek”. Ook Journalist Aad Wagenaar krijgt het beeld onder ogen. Hij raakt geïntrigeerd door het meisje en besluit een zoektocht te starten naar haar ware identiteit. Wagenaar onderzoekt het wagonnummer dat zichtbaar is in de film en ontdekt dat het, in tegenstelling tot wat men denkt, niet gaat om een wagon met Joden. Het meisje behoort tot de 245 Sinti en Roma die op 19 mei van Westerbork naar Auschwitz zijn gedeporteerd. Jarenlang heeft het beeld van het onbekende meisje voortgeleefd als icoon van de Nederlandse Joden­vervolging.

Geboren onder de woonwagen

Haar naam is Settela Anna Maria Steinbach. Geboren onder een woonwagen op 23 december 1934 in het Zuid-Limburgse Buchten. Haar vader was handelaar en violist op kermissen en dorpsfeesten. Op 16 mei 1944, wordt ze in Eindhoven opgepakt en in kamp Westerbork wordt zij kaalgeschoren. Hier schaamt zij zich voor en daarom draagt zij de witte hoofddoek. Met een leeftijd van slechts 9 jaar overlijdt Settela in Auschwitz. Zonder te weten dat ze op een merkwaardige manier zal voortleven.

Settela laat ons beseffen dat naast Joden, ook zigeuners zijn vervolgd tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Op 14 mei 1944 ontvingen de Nederlandse politiekorpsen een bevel uit Duitsland. ‘[…] eener centrale aanhouding van alle in Nederland verblijvende personen die het kenmerk der zigeuners bezitten’. De landelijke razzia vond plaats op 16 mei en meer dan 550 Sinti en Roma werden opgepakt. Niet iedereen bleek volgens de criteria zigeuner te zijn en zij ontsprongen de dans. Uiteindelijk zijn er 245 zigeuners gedeporteerd. Settela’s moeder, twee boertjes, twee zusjes, tante, twee neefjes en nichtje hoorden ook bij deze groep. Zij hebben het niet overleefd. De vader van Settela overleed vlak na de oorlog. Het is onduidelijk hoeveel zigeuners er zijn vervolgd in Europa. De schattingen lopen uiteen van 200.000 tot 1,5 miljoen.